Stroomdraden zijn er in verschillende kleuren, en dat met goede reden. Weten wat de betekenis is van elke kleur, is belangrijk voor een veilige aansluiting. Ontdek hier alle mogelijke kleuren en hun functie.

Bruin: fasedraad
Een bruine stroomdraad of fasedraad (symbool bij eenfasespanning: L) gebruikt u voor de toevoer van stroom naar stopcontacten. Een fasedraad heeft een dikte van 2,5 mm² en levert een spanning van 230 V. Deze draad wordt ook wel plusdraad genoemd, aangezien er altijd spanning op staat.

Blauw: nuldraad
Voor de afvoer van stroom gebruikt u een blauwe stroomdraad of nuldraad (symbool: N). Hier staat doorgaans geen spanning op. Er wordt dan ook naar verwezen als de mindraad, die samen met de plusdraad of fasedraad de stroomkring vervolledigt. Beide draden hebben dezelfde dikte.

Zwart: schakeldraad
Na een schakelaar komt er telkens een zwarte stroomdraad of schakeldraad (symbool: T). Deze draad loopt van de schakelaar naar de stroomverbruiker en is slechts 1,5 mm² dik. Er staat enkel stroom op wanneer de schakelaar aanstaat.

Geel-groen: aardedraad
Een geel-groene stroomdraad of aardedraad (symbool: PE) staat in voor de aarding of beveiliging van elektrische toestellen. Bij defecten leidt deze draad, die een dikte heeft van 2,5 mm², de stroom af naar de aarde. Er staat geen spanning op.

Belangrijk: woning gebouwd vóór 1970?

Is uw woning gebouwd vóór 1970? Dan hebben de stroomdraden naar alle waarschijnlijkheid een andere kleur:

• Fasedraad: groen
• Nuldraad: rood
• Schakeldraad: zwart
• Aardedraad: wit of grijs

Voor een makkelijke installatie zitten de stroomdraden samen in een elektriciteitskabel. Ook daar bestaan verschillende soorten kabels voor diverse toepassingen.