Aan de slag met elektriciteit: de basisbegrippen

Aan de slag met elektriciteit: de basisbegrippen

22/08/2022 - 11:05

Klaar om voor het eerst aan de slag te gaan met elektriciteit in uw woning, maar geen idee hoe u daar nu precies aan begint? Dan is deze basisbegrippenlijst alvast een handig vertrekpunt. Ontdek welke termen u als doe-het-zelver zeker moet kennen!

Spanning, stroom en vermogen

Elektriciteit verplaatst zich altijd binnen een stroomkring. Binnen die kring onderscheiden we spanning, stroomsterkte en vermogen:

  • De spanning wordt uitgedrukt in volt (V) en geeft aan hoeveel elektriciteit er door een kring kan stromen binnen een bepaalde tijdsperiode. In België bedraagt de spanning altijd 230 volt.
  • De stroom(sterkte) verwijst naar de hoeveelheid elektriciteit en meten we in ampère (A). Dit duidt aan hoeveel stroom er door de geleider kan gaan.
  • Het vermogen geeft weer hoe krachtig het aangesloten toestel is en wordt uitgedrukt in watt (W). Het vermogen berekent u door de spanning te vermenigvuldigen met de stroom.

Wisselstroom vs. gelijkstroom

De elektriciteit die thuis uit het stopcontact komt, noemen we wisselstroom. Bij deze vorm van stroom verandert de spanning steeds van richting: van de pluspool naar de minpool en omgekeerd. Anders dan wisselstroom, loopt de spanning bij gelijkstroom altijd van de pluspool naar de minpool. Dit is bijvoorbeeld het geval bij zonnepanelen en batterijen of accu's.

Aarding

Een aarding is een verplicht element bij elke elektrische installatie en beschermt gebruikers tegen elektrocutie. Wanneer een elektrisch toestel defect is, zorgt de aarding ervoor dat de stroom wordt afgeleid naar een metalen geleider en vervolgens via de aarde wegvloeit.

Differentieelschakelaar

Net als een aarding is een differentieelschakelaar of verliesstroomschakelaar bedoeld om gebruikers te beschermen tegen elektrische schokken. Ook dit element is verplicht bij elke elektrische installatie. De differentieelschakelaar meet voortdurend de ingaande en uitgaande stroom op de installatie. Wanneer die niet gelijk is, zal de schakelaar de installatie meteen uitschakelen.

Zekering

Een zekering is een beveiligingsmechanisme in de verdeelkast dat in werking treedt bij kortsluiting of overbelasting. Loopt er een te hoge stroom door de stroomkring, dan zal de zekering de kring onderbreken. Dit voorkomt dat er ergens anders in de stroomkring te veel warmte en brand kan ontstaan.

Groepen

Om overbelasting te voorkomen en te vermijden dat de hele woning zonder elektriciteit valt bij storingen, wordt het elektriciteitsnet onderverdeeld in groepen. Toestellen die veel stroom verbruiken, hebben een aparte groep nodig.

Enkelpolige vs dubbelpolige schakelaar

Een enkelpolige schakelaar wordt gebruikt in droge ruimtes om een lichtpunt vanop één plaats te bedienen. Enkel de stroomvoerende draad wordt dan onderbroken. In vochtige ruimtes zoals de badkamer is het gebruik van een dubbelpolige schakelaar verplicht. In dat geval wordt zowel de stroomvoerende draad als de nulgeleider onderbroken, om het hele circuit spanningsvrij en extra veilig te maken.

IP-aanduiding

De IP-aanduiding ('IPXX') geeft aan in welke mate elektrische apparatuur beschermd is tegen binnendringend stof of vocht. Het eerste cijfer verwijst naar de bescherming tegen voorwerpen met een vaste vorm, het tweede naar de bescherming tegen vloeibare substanties. Deze codering is onder meer belangrijk om te weten of u een lamp in een vochtige omgeving mag plaatsen.

A.R.E.I.

Het A.R.E.I. of Algemeen Reglement op Elektrische Installaties omvat de wettelijke voorschriften voor elektrische installaties die na 1 oktober 1981 geplaatst zijn. Ze zijn van toepassing op elke nieuwe installatie, uitbreiding en renovatie.